Pioneer SC-LX79 Manuel d'utilisateur Page 126

  • Télécharger
  • Ajouter à mon manuel
  • Imprimer
  • Page
    / 155
  • Table des matières
  • MARQUE LIVRES
  • Noté. / 5. Basé sur avis des utilisateurs
Vue de la page 125
126
Veelgestelde vragen
13
Probleem Oplossing
De diverse systeeminstellingen zijn
niet opgeslagen.
Haal de stekker niet uit het stopcontact terwijl u de instellingen uitvoert. (De instellingen
worden opgeslagen wanneer zowel de hoofdzone als de secundaire zone worden uitge-
schakeld.) Schakel alle zones uit voordat u de stekker uit het stopcontact haalt.)
Ik merk geen EQ-effect van de sub-
woofer.
Het effect neemt af bij een lage instelling van de crossover-frequentie. Als u een hoge
frequentie instelt, wordt het EQ-effect van de subwoofer sterker. Bij een hogere cross-
over-frequentie draagt de subwoofer echter een groter aandeel van de weergave van lage
frequenties. Daarom is dat niet gunstig voor de fase. Stel de gewenste waarde in.
Grafische uitvoer professionele kalibratie-EQ
Probleem Oplossing
De grafiek voor de galmeigenschap-
pen na EQ-kalibratie ziet er niet
geheel vlak uit.
Er zijn gevallen waarin de grafiek niet geheel vlak is, zelfs wanneer u ALL CH ADJ selec-
teert bij Auto MCACC Setup, vanwege aanpassingen ter compensatie van de eigenschap-
pen van de ruimte om een optimaal geluid te bereiken.
Delen van de grafiek kunnen er identiek uitzien (voor en na) wanneer er weinig of geen
aanpassing nodig is.
De grafiek kan verticaal verschoven lijken te zijn wanneer u de metingen voor en na
kalibratie vergelijkt.
EQ-aanpassingen die gemaakt zijn
met de handmatige MCACC instel-
ling lijken geen invloed te hebben op
de grafiek voor de galmeigenschap-
pen na EQ-kalibratie.
Ook als er niveau-aanpassingen zijn gemaakt, geven de voor analyse gebruikte filters
deze correcties niet altijd weer in de grafische representatie van de galmeigenschappen
na EQ-kalibratie. De filters voor algehele kalibratie van het systeem houden echter wel
rekening met deze correcties.
Lagere frequentieresponsecurven
voor SMALL-luidsprekers lijken niet
te zijn gekalibreerd.
In het basbeheer (het subwooferkanaal) gebruikte lagere frequenties veranderen niet voor
luidsprekers die in de configuratie als SMALL zijn opgegeven, of die deze frequenties niet
uitvoeren.
De kalibratie is wel uitgevoerd, maar door de beperkingen van uw luidsprekers in het lage
frequentiegebied wordt er geen meetbaar geluid uitgevoerd dat kan worden weergegeven.
Display
Probleem Oplossing
Het display is donker of uitgescha-
keld.
Druk enkele melen op DIMMER om een andere helderheid te kiezen.
Het OSD-scherm wordt niet weer-
gegeven.
Het schermdisplay wordt alleen weergegeven wanneer de HDMI OUT 1 of HDMI OUT
2-aansluiting van deze receiver met een HDMI-kabel op de TV is aangesloten. Als de TV
niet geschikt is voor HDMI, kijkt u naar het display op het voorpaneel van de receiver
wanneer u de bedieningshandelingen uitvoert en instellingen maakt.
Het beeldschermdisplay kan niet worden weergegeven bij invoer van een 3D-signaal.
DIGITAL licht niet op hoewel de
ingang wordt overgeschakeld.
Controleer de digitale aansluitingen en controleer of de digitale ingangen op de juiste
wijze zijn toegewezen (zie Het menu Input Setup op bladzijde 61 ).
Tijdens het afspelen van Dolby
Digital- of DTS-bronnen branden de
indelingsindicators van de receiver
niet.
Controleer of de speler niet zo is ingesteld dat Dolby Digital- en DTS-bronnen worden
omgezet naar PCM.
Controleer of het Dolby Digital- of DTS-audiospoor is geselecteerd als er verschillende
audiosporen op de disc staan.
Wanneer AUTO is ingesteld met de
functie Automatische faseregeling
plus, wordt ‘---’ weergegeven.
Er zijn disks die niet kunnen worden afgesteld met AUTO. Stel handmatig af (bladzijde 88 ).
Afstandsbediening
Probleem Oplossing
De afstandsbediening doet het niet. Stel de afstandsbediening zo in dat de stand overeenkomt met de instelling op het hoofd-
toestel (zie Meerdere receivers bedienen op bladzijde 99 ).
Controleer of de afstandsbedieningsmodus van de receiver correct is ingesteld (zie Instel-
lng van de afstandsbedieningsmodus op bladzijde 117 ).
Vervang de batterijen van de afstandsbediening (zie De batterijen plaatsen op bladzijde 10 ).
Gebruik de afstandbediening binnen een afstand van 7 meter en onder een hoek van
maximaal 30º ten opzichte van de afstandsbedieningssensor op het voorpaneel (zie
Bereik van de afstandsbediening op bladzijde 10 ).
Controleer of er geen obstakels zijn tussen de receiver en de afstandsbediening.
Controleer of er geen fluorescerend licht of andere sterke lichtbron schijnt op de sensor
van de afstandsbediening.
Andere apparaten kunnen niet
worden bediend met deze afstands-
bediening.
Als de batterij leeg was, kunnen de vooraf ingestelde codes gewist zijn. Voer de vooraf
ingestelde codes opnieuw in.
De vooraf ingestelde code is onjuist. Herhaal de procedure voor het invoeren van vooraf
ingestelde codes.
Wanneer er opdrachten van de afstandsbedieningen van andere apparatuur zijn gere-
gistreerd met behulp van de programmeerfunctie, is het mogelijk dat die opdrachten in
sommige gevallen niet juist geprogrammeerd worden. In dat geval moet u de opdrachten
opnieuw registreren met de programmeerfunctie (zie bladzijde 100 ). Als de opdrachten
nog steeds niet werken, kunnen ze in een speciaal formaat zijn dat niet kan worden gere-
gistreerd in de afstandsbediening van deze receiver. Bedien het toestel met een andere
afstandsbediening.
 
Vue de la page 125
1 2 ... 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 ... 154 155

Commentaires sur ces manuels

Pas de commentaire